Strip komt van Marmaduke . Voor Marmaduke duidelijk geen probleem. De buurman hoeft dat niet meer te zien. 🤣🤣🤣
Vanmiddag stond ik in de keuken af te wassen en zag een pakketbezorger met pakketten voor een buurvrouw van ons. Zij was schijnbaar niet thuis en de pakketbezorger keek eerst naar de stickers bij onze deurbel alvorens hij aanbelde. Ik zag dat hij de tekst op de stickers niet begreep. Voor mij een teken dat hij onze taal dus niet goed spreekt en al helemaal niet of nauwelijks kan lezen. Als hij dat wel had gekund, dan had hij begrepen dat we geen pakketten van anderen aannemen en dat we ook niet willen dat anderen een pakket van ons aannemen als we niet opendoen, dat het pakket dan naar de dichtstbijzijnde afhaalpunt voor pakketten moet.
Helaas leek hij ook niet de afbeelding op een sticker bij onze deurbel, waarbij een streep door het pakket is, te begrijpen. Terwijl die afbeelding toch overduidelijk aangeeft dat pakketbezorgers geen pakketten voor anderen moeten afgeven bij ons.
De pakketbezorger belde aan en ik zei door het raam, terwijl ik aan het afwassen was, dat we geen pakketten van anderen aannemen. Dat begreep hij in ieder geval.
Nu hoor ik lezers zeggen dat ik ook best naar de deur had kunnen lopen. Ja, dat had gekund, maar ik vond dat de stickers duidelijk genoeg waren en als ze dan toch aanbellen, dan ga ik niet eerst mijn handen afdrogen en naar de voordeur. Dan is het door het keukenraam ook goed.
In ieder geval laat dit geval zien hoe belangrijk het is als je de taal van het land waarin je woont, al is het maar de basistaal en dat je vragen kunt beantwoorden over het beroep waarin je werkt, kent.
Ook al denk je dat in bepaalde beroepen de taal van waar je woont niet belangrijk is, je komt toch niet met mensen in aanmerking of je hoeft er toch niet mee te praten. Helemaal mis, want in elk beroep, of het nu een schoonmaker, een vuilnisman, bordenwasser of welk ander beroep dan ook, is. Vroeg of laat kom je met mensen in aanraking.
Een maand of wat geleden was ik bij de supermarkt bij ons en ik schrok van de prijzen voor een klein zakje chips. Ik vroeg toen aan een vakkenvuller of die prijs echt zo is, dat er geen vergissing is gemaakt. Die vakkenvuller deed zijn oortjes uit. Persoonlijk vind ik dat ergerniswekkend, als personeel in welk bedrijf dan ook en met mensen om zich heen te maken heeft, met oortjes in hun oren lopen en daardoor geen oor hebben voor anderen, alleen maar naar muziek of wat ze dan ook luisteren. Dat zou men alleen al moeten verbieden onder werktijd. En nee, als je als, bijvoorbeeld schoonmaker alleen in een school of op een kantoor werkt, en er is niemand anders, dan heb ik er geen problemen mee. Dan zou ik trouwens, als die er is, een radio aanzetten of een ander apparaat waar muziek uitkomt, zodat je oren rust hebben van die oortjes, maar dat terzijde.
Terug naar die vakkenvuller. Hij begreep mijn vraag niet. Hij sprak geen woord Nederlands en geen woord Engels. Hem interesseerde het duidelijk niet, voelde zich er duidelijk niet schuldig over, maar ik was op dat moment wel boos, want ik vind dat, ook vakkenvullers, Nederlands moeten kunnen spreken en schrijven. Als een klant op zoek is, ik noem maar wat, naar een pot pindakaas, dan moet hij dat begrijpen en moet er niet met handen en voeten gewerkt worden om elkaar te begrijpen.
Dat men geen Nederlands of Engels spreekt, heb ik vaker meegemaakt.
Jaren geleden kregen we nieuwe containers en op de dag dat we nieuwe containers zouden krijgen vroeg ik me af of we de groene container ook moesten omwisselen of alleen de grijze container. Ik begreep dat namelijk niet goed uit de brief die we erover gekregen hadden van de HVC.
Dus toen ik de vuilniswagens hoorde in onze straat, ben ik naar de straatkant gegaan en vroeg dat aan de vuilnisman. Helaas begreep hij me niet. Hij sprak geen Nederlands, Engels en Duits. Het enige wat ik kon doen was maar afwachten en maar zien als de containers waren omgewisseld.
Ja, ik weet het er is personeelstekort, maar dan nog kan kunnen mensen die hier in ons land komen wonen en werken de taal leren. Het is zo belangrijk dat je begrijpt wat er geschreven staat op de borden in de winkels, om maar wat te noemen, wat mensen bedoelen als je ze, bijvoorbeeld bij de dokter, spreekt, dat je de vriendjes en vriendinnetjes van je kinderen, als je kinderen hebt, verstaat en zo kan ik nog wel even doorgaan.
Ik weet het, ik heb makkelijk kletsen, of typen, wat je wilt, op mijn toetsenbord achter mijn computer en ja, ik weet het, onze taal is niet makkelijk, maar geloof me, als men al alleen al probeert, moeite doet om Nederlands te praten, dan ben je al een eind op weg.
Zelf heb ik op die manier Duits geleerd. Toen ik de week voor ik achttien lentes werd, wat lijkt dat lang geleden, maar dat terzijde, ging ik als kamermeisje op een fietsvaarvakantieschip werken waar Duitsers een week vakantie vierden. Elke morgen gingen ze van boord en fietsten met de reisleidster naar de volgende plaats waar wij aanmeerden met het fietsvaarvakantieschip.
Mijn baas sprak wel Nederlands, maar zijn vrouw niet. Meteen op de eerste of tweede dag, ik weet het niet meer precies, wel dat de vrouw van de baas op dat moment in de keuken, geen grote luxekeuken zoals je op veel passagiersschepen en in horecabedrijven ziet, maar een kleine, vierkante keuken waar je maar met één persoon in kon staan en er waren geen luxe kookapparaten. Daarnaast had je de bar waar ook een aanrecht met spoelbak en uiteraard een kraan was. Ik zie het allemaal zo weer voor me, maar in die kleine keuken maakte de vrouw van de baas de heerlijkste gerechten en bakte de baas een keer per week pannenkoeken, vooral die met Grand Marnier vond ik erg lekker. Ik heb wat dat aangaat niets te klagen gehad.
Maar terug naar dat keukentje en de vrouw van de baas. Zij sprak geen Nederlands en op dat moment spraken we af dat ik haar Nederlands leerde en zij mij Duits. Ik kan je zeggen, dat heeft geholpen. Ik heb op die manier heel goed Duits geleerd. De eerste drie weken zei ik tegen de gasten dat ik nog niet zo goed Duits sprak, maar na die drie weken zei ik dat niet meer, want ik had de Duitse taal in die korte periode redelijk onder de knie.
Van de gasten kreeg ik vaak te horen dat ik Hoogduits sprak. Dat was dus een goed teken. Als ik iets niet begreep, dan vroeg ik het gewoon en dan had ik weer een nieuw Duits woord geleerd. Ik vond dat alleen maar leuk.
Het enige waar ik, tot op de dag van vandaag, moeite mee heb, is 'der', 'die' en 'das'. Dat wil ik nog wel eens verkeerd gebruiken. Toen ik nog op het fietsvaarvakantieschip werkte, zei ik wel eens, 'der, die und das', en dan wat ik wilde zeggen. Daar moesten de mensen dan altijd om lachen.
Wat ik hiermee wil zeggen, is dat als je echt wilt, dat je elke taal altijd kunt leren, maar dan moet je wel willen en moet je ook tegen de mensen zeggen dat je de taal wilt leren, dat ze dus, in dit geval, in het Nederlands moeten praten en desnoods geef jij aan wat het in jouw taal is, zoals bijvoorbeeld een bloemsoort. Ik noem maar iets. Het geeft echt een voldoening als je een nieuw woord hebt geleerd, zeker als het een grappig woord is.
Reacties
Een reactie posten